Ziekmelding, wanneer is iemand ziek?

De herfst- en wintermaanden hebben doorgaans effect op het (kort)durend verzuim bij bedrijven. Daarbij loopt momenteel ook het aantal corona besmettingen weer op én is dit jaar ook de griepgolf in hevige mate aanwezig. Wellicht heb je het ook in het nieuws voorbij zien komen; arbodiensten pleiten voor een zogeheten ‘snotneusprotocol’. 

Oftewel; thuisblijven met klachten – ook al zijn het geen corona klachten – om te voorkomen dat we elkaar aansteken. Belangrijk om hier binnen de organisatie goed over na te denken. Wij helpen je daar uiteraard graag bij. Daaronder ligt natuurlijk de vraag: wanneer meld ik mijn werknemer ziek? 

Wanneer neem je een ziekmelding aan?

Iemand is ziek (arbeidsongeschikt) wanneer hij of zij door ziekte of gebrek niet in staat is om zijn of haar eigen werk volledig uit te kunnen voeren. In deze definitie zitten een aantal belangrijke aspecten: 

1. Het eigen werk – wanneer de werknemer het eigen werk niet kan uitvoeren, maar wel aangepast- of vervangend werk, is deze werknemer dus gedeeltelijk arbeidsongeschikt. 
2. Volledig – wanneer de werknemer niet alle contracturen kan werken, maar wel een gedeelte, is de werknemer gedeeltelijk arbeidsongeschikt 
3. Door ziekte of gebrek – de bedrijfsarts stelt uiteindelijk vast of er sprake is van ziekte of gebrek. 

Stel dat iemand verkoudheidsklachten heeft en niet naar het werk kan/mag komen, maar diegene is wel in staat om thuis te werken, meld je deze werknemer dus niet ziek. Iemand werkt immers volledig in het eigen werk. 

Of stel dat een werknemer niet kan werken, omdat er thuis een kind ziek is en om die reden niet naar de opvang kan, meld je deze werknemer dus niet ziek. De reden van afwezigheid is namelijk niet door ziekte of gebrek (van deze werknemer). Hier zijn andere verlofsoorten voor. 

Kijk dus goed naar de definitie van verzuim om te bepalen of een ziekmelding de juiste verwerking is. Zeker nu kortdurende, griepachtige klachten weer een grotere rol zullen gaan spelen. 

Wet verbetering poortwachter toepassen in de praktijk

Als arbodienst komen wij regelmatig situaties tegen waarin werkgevers met het handen in het haar zitten. Aan de ene kant heb je de UWV die druk uitvoert en aan de andere kant een medewerker die niet wil meewerken aan de re-integratie. Hoe ga je dit aanpakken? Hoe voorkom je dat je in te toekomst weer in dit soort situaties beland? Een van onze casemanagers heeft hier een kort stukje over geschreven. 

De wet verbetering Poortwachter is op papier geen abracadabra, maar de toepassing ervan blijkt in de praktijk toch wel lastig. Je krijgt te maken met emoties van de werknemer, complexe dossiers of een – in jouw ogen – niet meewerkende bedrijfsarts. Toch wordt er van jou als werkgever verwacht dat je dit in goede banen leidt. 

Als casemanager zie ik steeds vaker gefrustreerde HR medewerkers of leidinggevenden. Ze doen uiteraard hun best deze periode zo goed mogelijk te laten verlopen, maar slaan op een cruciaal moment toch de plank goed mis. 

De rol van de casemanager

Als je een goede casemanager hebt, mag je verwachten dat hij of zij jou adequaat meeneemt in de cruciale momenten. Maar ook zie ik als casemanager dat adviezen in de wind worden geslagen met redenen die ik wel snap, maar niet begrijp. Ik hoor je denken; dat moet je mij even uitleggen.. 

Wat ik dus al eerder zei; de WVP is echt geen abracadabra. De toepassing lijkt vooral wat ingewikkelder. Jij als werkgever zit tegenover een huilende medewerker die moet re-integreren, maar dit niet ziet zitten. Enerzijds snap jij zelf natuurlijk dat je die stappen moet volgen, maar anderzijds wil je ook niet de ‘bullebak’ zijn. Begrijpelijk! 

Maar op dat moment zie ik juist dat het mis gaat. Regelmatig maakt HR of de leidinggevende dan de verkeerde keuzes. Wel met de beste intenties, maar wel met een loonsanctie als gevolg. 

Verzuim training

Ik hoor je denken, hoe gaan we dit voorkomen? Er zijn een aantal tips die ik je kan geven. Een van de tips die ik vaak aan mijn klanten geef, is het volgen van een verzuim management training. In deze training leer je de wettelijke kaders, wat je wel of niet mag vragen en hoe je het gesprek kunt aangaan met je medewerker. Je krijgt dus tips en handvatten die je meteen kunt toepassen in de praktijk. 

Hier alvast een tipje van de sluier: 

• Meer dan 50% van de frequent verzuimende medewerkers schiet in het langdurig verzuim. Een vroegtijdig gesprek met je werknemer is daarom erg belangrijk. In de training leer je hoe je dat kunt aanvliegen. 
• Je mag niet vragen wat er medisch aan de hand is, maar je mag wel een heleboel andere vragen stellen. Je leert in de training welke vragen dit zijn en waarom het juist prettig is dat je medisch niets mag weten. 
• Er zijn een aantal cruciale momenten in de Wet verbetering Poortwachter die je goed moet volgen. Je leert welke en hoe. 
• De rol van de bedrijfsarts is één van de cruciale instrumenten waar jij het beste uit wilt halen. Je leert hoe je het beste kunt samenwerken met de bedrijfsarts.

Ik heb begin dit jaar een van mijn klanten getraind. Sindsdien begrijpen wij elkaar beter en worden adviezen beter opgevolgd. Ik merk dat de begeleiding in verzuim beter en effectiever verloopt. Ook voor werknemers is het nu veel duidelijker wat er van hen verwacht wordt, doordat de communicatie van de leidinggevenden vooruit is gegaan. In de lopende dossiers zitten we goed op koers en is de kans op een loonsanctie een stuk verlaagd. 

Ik zeg niet dat een verzuimmanagement training het toverstokje is, maar wel één van de vele toverstokjes die je als organisatie kunt inzetten.